Nederlanders gaan steeds meer sporten. Dat meldt sportkoepel NOC*NSF op basis van de Sportdeelname Index 2019.
De telling betreft alle mensen van 5 tot en met 80 jaar. In 2013 sportte iets meer dan de helft van de bevolking wekelijks (gemiddeld 56%). Vijf jaar later was dit percentage gestegen tot gemiddeld 65 procent, wat staat voor 10 miljoen Nederlanders. Bovendien zijn er niet alleen meer mensen sportief actief, ze doen dat ook vaker. Volgens NOC*NSF gaat het om gemiddeld 9,1 keer per maand (2018), twee activiteiten meer dan in 2013 (7,2).
De stijging van het aantal sporters wordt volgens de sportkoepel vooral veroorzaakt door de groei in de leeftijdscategorieën 31-44 jaar en 65-80 jaar. In beide categorieën steeg de deelname met 11 procent (sinds 2013).
Buiten de steden
De meeste sporters worden geteld onder kinderen en jongeren. Een ander opmerkelijk cijfer is de groei van het sporten buiten de stedelijke gebieden (12%). Mensen met een inkomen lager dan modaal gaan steeds meer sporten in vergelijking met de (hogere) sportdeelname onder mensen met een modaal of boven modaal inkomen. Ditzelfde geldt voor het verschil tussen mensen met een migratieachtergrond en autochtonen.
Fitness is in Nederland de populairste sportieve activiteit (20%) gevolgd door de wandelsport (16%), zwemsport (11%) en hardlopen (10%).
Bron: persbericht NOC*NSF; check hier het complete onderzoek (pdf).